Afgelopen weekend vond het laatste IDM-Superbike evenement van het seizoen plaats. Team Apreco-coureur Twan Smits wist opnieuw een solide resultaat neer te zetten en sloot daarmee een constant seizoen in stijl af. Smits eindigde dit jaar in iedere race binnen de punten. In het eindklassement verzekerde hij zich hiermee van een verdienstelijke achtste plaats.
Op vrijdag stonden twee vrije trainingen en de Pre-Superpole op het programma. In de ochtend waren de weersomstandigheden slecht waardoor Twan besloot deze sessie binnen te blijven en geen onnodige risico’s te nemen. De rest van het weekend waren de weersverwachtingen beter. Tijdens de tweede vrije training noteerde Twan met een 1’27.518 de elfde tijd,1,540 seconden langzamer dan de snelste tijd.
In de Pre-Superpole gingen de tijden verder naar beneden en was een 1’26.110 goed genoeg voor directe plaatsing in Superpole 2. Zaterdagochtend werd eerst de derde vrije training verreden. Smits noteerde daarin de vijfde tijd met een 1’40.755 (natte omstandigheden). Tijdens de Superpole was de baan weer opgedroogd. Op slechts 0,433 van de pole behaalde Twan zijn beste kwalificatieresultaat van het jaar met een 5e plaats.
De eerste race werd onderbroken met een rode vlag. Na de herstart, die verreden werd over vijf ronden kwam de Team Apreco-coureur als negende over de streep. Doordat de race slechts vijf ronden telde werden er halve punten uitgedeeld. In de laatste race van het seizoen werd de zesde plaats behaald op slechts 3,5 seconden van de winnaar. Een resultaat wat de stijgende lijn van het seizoen weergeeft.
Met 102,5 punten is Twan zijn debuutjaar in het IDM-Superbike kampioenschap als achtste in de eindstand geëindigd. In iedere race dit seizoen werden punten behaald.
Twan Smits: ”We hebben het IDM-seizoen afgesloten op de best mogelijke manier en een enorme stap richting de kopgroep gezet. Voor het eerst waren we gedurende een hele race zo dicht bij de leiders. In race 1 zorgde een sensorfout voor problemen met het gas, maar voor race 2 hadden we dit opgelost en kon ik onze sterke racepace laten zien. Het gat naar de leider wist ik terug te brengen van 5 naar 3,5 seconden in de eindfase van de race. Hoewel het jammer is dat het seizoen voorbij is, geeft het ons de kans om verder te werken aan het pakket en mezelf als rijder, en om grote stappen te maken ten opzichte van de concurrentie. Ik kan niet wachten!”